Casio PX-350M Manuel Page 39

  • Télécharger
  • Ajouter à mon manuel
  • Imprimer
  • Page
    / 78
  • Table des matières
  • MARQUE LIVRES
  • Noté. / 5. Basé sur avis des utilisateurs
Vue de la page 38
Opnemen van uw spel op het toetsenbord
D-37
U kunt specifieke instrumenten, het linker en rechter
hand gedeelte of andere gedeelten van een melodie
afzonderlijk opnemen en ze dan combineren tot een
uiteindelijke melodie.
Wat is een spoor?
Een “spoor” is een afzonderlijk opgenomen onderdeel
van een melodie. De melodierecorder van deze
Digitale Piano heeft in het totaal 17 sporen, waarvan er
een systeemspoor is zoals hieronder beschreven.
z Systeemspoor
Naast noten die u op het toetsenbord speelt en
andere bewerkings- en bedieningsgegevens, omvat
het systeemspoor ook een grote hoeveelheid
instelinformatie voor de melodie, inclusief laag aan/
uit, splitsing aan/uit, tempo, automatische
begeleidingsinstellingen, nagalm aan/uit, enz.
Wanneer u een melodie met een enkel spoor
opneemt naar het recordergeheugen, zoals getoond
onder “Opnemen naar het ingebouwde
melodiegeheugen (melodierecorder)” (pagina D-35)
en “Opnemen of weergeven van meerdere
melodieën”(pagina D-36), dan wordt alles
opgenomen op het systeemspoor.
z Sporen 01 tot en met 16
Deze sporen kunnen worden gebruikt om zowel
noten op te nemen als bewerkingen van het
toonhoogte wiel en het pedaal en de instelling van
de toetsenbordtoon. Deze sporen kunnen worden
gecombineerd met het systeemspoor en elkaar om
de uiteindelijke melodie te creëren.
Ondersteunde spoordata
Hieronder volgt een omschrijving van de data die
opgenomen kunnen worden naar elk type spoor.
Systeemspoor, Sporen 01 tot en met 16
Toetsenbordnoten, instelling (hoofd) van de
toetsenbordtoon, bewerkingen van het pedaal en het
toonhoogte wiel
Alleen systeemspoor
Laag, splitsing, octaafverschuiving, nagalm, zweving,
tempo, automatische begeleidingsweergave,
automatische harmonisatie, één-toets voorkeuze,
muziekvoorkeuze
*1
, registratie
*1*2
1.
Neem het eerste onderdeel op naar het
systeemspoor.
Volg de procedure onder “Opnemen naar het
ingebouwde melodiegeheugen (melodierecorder)”
(pagina D-35) of “Opnemen of weergeven van
meerdere melodieën” (pagina D-36) om het
systeemspoor op te nemen.
2.
Ga d.m.v. de
4
(SONG RECORDER) toets
door de melodierecordermodi totdat de
indicator boven de SONG RECORDER toets
knippert. Dit is de opnamemodus van de
melodierecorder.
3.
Houd de
cs
(FUNCTION) toets ingedrukt en
druk op de
4
(SONG RECORDER) toets.
Hierdoor wordt het spoorselectiescherm getoond.
Selecteer d.m.v. de
ct
(w, q) toets het spoor dat u als
volgende wilt opnemen (T01 tot en met T16).
Druk na het selecteren van een spoor op de
dm
(EXIT)
toets om het spoorselectiescherm te verlaten.
Opnemen van een specifiek
spoor (Onderdeel)
*1 Alleen oproepen
*2 Het volumeniveau van de automatische begeleiding
en de transponeerinstelling van de opgeroepen
gegevens wordt niet opgenomen in de opname.
Spoornaam Display
Systeemspoor Sys
Sporen 01 tot en met 16 T01 tot en met T16
Knipperen: Opnamemodus
B
Vue de la page 38
1 2 ... 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 ... 77 78

Commentaires sur ces manuels

Pas de commentaire